info-steel-43

van de brug staat, zie je dat ze gaandeweg licht- jes naar buiten kantelen. Op het niveau van het brugdek zijn de kokerplaten dikker (40 mm in plaats van 30 mm) om lokale krachtswerkingen van de aansluiting met twee gewelfde kokervor- mige dwarsdragers te kunnen opvangen. Deze verbindingen zorgen voor de nodige stabiliteit. De afstand tussen de booggeboortes bedraagt – op het niveau van de funderingen – 127 m. De boog- structuur is in totaal 22,8 m hoog. De gewelfde dwarsdragers aan de onderkant van de brug benadrukken de structuur van het brugdek op een constructief logische manier.’ Evidente keuze De brug is volledig opgebouwd uit staal (S355J2+N). In totaal gaat het om 1600 ton: de bogen wegen elk 275 ton, het brugdek 1020 ton en de pijlers en hangers 35 ton. Het brugdek bevindt zich 17,25 m boven het wateroppervlak en is opgebouwd uit vier kokervormige hoofdlig- gers van ongeveer 1 m hoog, met dwarsdragers om de 3,4 m. De rijweg bestaat uit een orthotro- pe plaat van 15 mm dik en een asfaltbedekking van 125 mm. Bij de fiets- en de voetpaden is de orthotrope plaat slechts 10 mm dik en is er Quand on se trouve dans le prolongement du pont, on voit que les arcs penchent peu à peu légèrement vers l’extérieur. Au niveau du tablier, les profilés sont plus épais (40 mm au lieu de 30 mm), afin de pouvoir reprendre les forces locales de la liaison avec deux traverses tubulaires voûtées. Ces liaisons assurent la stabilité requise. La distance entre la naissance des arcs est de 127 m au niveau des fondations. La structure en arc atteint une hauteur totale de 22,8 m. Les traverses voûtées sous le pont accentuent la structure du tablier d’une manière constructive logique.’ Choix évident Le pont est entièrement construit en acier (S355J2+N). Au total, 1600 tonnes ont été nécessaires : les arcs pèsent chacun 275 tonnes, le tablier 1020 tonnes et les piles et suspentes 35 tonnes. Le tablier s’élève à 17,25 m au-dessus du niveau de l’eau et est fait de quatre poutres principales tubulaires d’un mètre de haut environ, avec des traverses tous les 3,4 m. Les voies de circulation consistent en une plaque orthotrope d’une épaisseur de 15 mm et un revêtement d’as- phalte de 125 mm. Pour les pistes pédestres et 54