info-steel-43

80 jaar geleden _il y a 80 ans ‘L’Ossature Métallique’ - 1935 ‘L’Ossature Métallique’ was vanaf 1932 het maandblad van het Centre belgo-luxembourgeois d’information de l’acier (CIBLIA). In 1955 wijzigde de titel van het tijdschrift in ‘Acier Stahl Steel’. Dit tijdschrift is de facto de voorganger van het huidige ‘info-steel’. De sluis van Wijnegem Voor de bouw in het Albertkanaal van de sluis van Wijnegem met dubbel sas moest het scheepvaart- verkeer omgeleid worden via een tijdelijke sluis. Om aan de zware eisen op vlak van timing en kosten te kunnen voldoen, viel de keuze op sluis- muren van 55 m, uitgevoerd in damplanken van 12 m. De twee aldus gevormde wanden werden gestabiliseerd door het bevestigen van trekstangen aan schermen van damplanken van 3 m lengte, gelegen op 11 m van de sluismuren. Aan het begin van de werkzaamheden werden deze elementen gebruikt voor de bouw van een vangdam om de bouwput te kunnen uitgraven. Na verwezenlijking van de grondplaat en de koppen stroomopwaarts en stroomafwaarts, en het inwerken van de kop van de damplanken in betonnen liggers, kon de sluis al na 3 maanden in gebruik worden genomen. Om de corrosie van de damplanken tegen te gaan, werd tijdens het walsen koper toegevoegd, wat volgens de toen bekende gegevens een levensduur van 40-50 jaar garandeerde. Deze tijdelijke sluis heeft zijn rol goed vervuld, want na het verval verhoogd te hebben tot 5,70 m werd beslist om hem te behouden voor het versassen van kleine motoraken De Citroën-fabrieken in Brussel Dit complex bestaande uit een tentoonstellings- ruimte, een werkplaats en een onderdelenmaga- zijn, werd gebouwd op een terrein van 16.500 m² in de stad Brussel. Het algemene principe bestaat uit een uitvoering met metalen kolommen en glazen wanden, bekroond met een metalen acro- terium, omhuld met beton. De kolommen van de toonzaal werden in één stuk van 26 m lang aangebracht met behulp van het heiblok waarmee de palen werden ingeslagen. De diversen werk- plaatsen van 100 x 18 m, met een hoogte van 16 m, hadden slechts één niveau, maar waren voorzien om er later een verdieping in aan te brengen. Deze lichte structuren werden aange- bracht met een ritme van 330 ton per maand. ‘L’Ossature Métallique’ - 1935 ‘L’Ossature Métallique’ était depuis 1932, la publication du Centre belgo-luxembourgeois d’information de l’acier (CIBLIA). En 1955, le nom de la revue change en ‘Acier Stahl Steel’. Cette revue est de fait le prédécesseur de l’ac- tuelle ‘info-steel’. Ecluse de Wynegem La construction, sur le canal Albert, de l’écluse, à double sas, de Wynegem, a nécessité, une dévia- tion du trafic fluvial par une écluse temporaire. Par suite des exigences de timing et de budget, très réduits, le choix s’est porté sur des bajoyers de 55 m, réalisés en palplanche de 12 m. Les 2 parois, ainsi constituées, étaient stabilisées par fixation de tirants à des écrans de palplanches de 3 m de longueur, situés à 11 m des bajoyers. Au départ du chantier, ces éléments métalliques ont été utilisés pour réaliser un batardeau permettant la réalisation de la fouille. Après réalisation du radier et têtes amont et aval et l’encastrement du sommet des palplanches dans des poutres en béton, la mise en service a eu lieu, après 3 mois de travaux. Afin de ralentir la corrosion des palplanches, un ajout de cuivre avait été prévu, lors du laminage, ce qui selon les données de l’époque, garantissait une durée de vie de 40-50 ans. Cette écluse temporaire a tellement bien rempli son rôle, qu’après en avoir augmenté la chute à 5,70 m, il fut décidé de la conserver pour le trafics des petits bateaux automoteurs. Usines Citroën à Bruxelles Ce complexe, composé d’un magasin d’exposi- tion, d’ateliers et de stockages de pièces, a été réalisé sur un terrain de 16.500 m² dans la ville de Bruxelles. Le principe général adopté consiste en colonnes métalliques et parois en verre, surmontées d’un acrotère métallique, enrobée de béton, servant d’encastrement. Les colonnes du hall d’exposition ont été montées, en une pièce de 26 m, à l’aide de la sonnette de battage des pieux. Les divers ateliers de 100 x 18 m, de 16 m de hauteur, étaient d’un seul niveau mais prévus pour un étage ultérieur. Ces structures légères, ont été montées,au rythme de 330 tonnes par mois. 10

RkJQdWJsaXNoZXIy MzE2MDY=